Minder grote bedrijven, meer kleine
De groei van het aantal bedrijven in de periode 2010-2015 komt geheel voor rekening van het kleinbedrijf en dan vooral door het groeiende aantal eenmanszaken. Dit soort bedrijven, waarbij bij het overgrote deel alleen de eigenaar werkzaam is, is met ruim 225 duizend toegenomen sinds 2010. Vooral hierdoor is het aantal bedrijven met slechts 1 werkzame persoon met 30 procent toegenomen tot ruim 1,1 miljoen. Het aantal bedrijven met 2 tot 10 werkzame personen, is in deze periode nagenoeg constant gebleven. In de groep bedrijven met 10 tot 50 werknemers was er een kleine afname van het aantal bedrijven.
In zowel het midden- als grootbedrijf is het aantal bedrijven met circa 5 procent afgenomen. Het gaat om een afname van circa 750 bedrijven, op een totaal aantal van bijna 14 duizend.
Meer bedrijven in zakelijke dienstverlening, gezondheidszorg en onderwijs
In de afgelopen vijf jaar zijn er veel bedrijven bijgekomen in de zakelijke dienstverlening, de gezondheidszorg en het onderwijs. In de zakelijke dienstverlening zijn er veel organisatieadviesbureaus als eenmanszaak bijgekomen. Deze groep kent al jaren een sterke toename, waren er in 2010 nog geen 40 duizend, begin 2015 zijn het er ruim 55 duizend. De groei zit in de gezondheidszorg geconcentreerd bij paramedische praktijken (plus 23 duizend) en thuiszorg (plus 7 duizend). Belangrijke dragers van de groei in het onderwijs zijn sportonderwijs en studiebegeleiding. Bij de landbouw, verhuur in onroerend goed is sprake van een lichte teruggang in het aantal bedrijven.
Meer webwinkels
In 2014 is het aantal webwinkels met ruim 5 000 toegenomen tot bijna 30 duizend. Sinds 2010 zijn er bijna 17 duizend webwinkels bijgekomen. Door stevige concurrentie, lage toetredings- en uittredingskosten is de dynamiek in deze branche groot: aan het eind van 2014 zijn 3 op de 10 webwinkels opgericht in datzelfde jaar. Ook zijn ruim 4 duizend bedrijven gestopt met hun activiteiten. Gemiddeld zijn deze bedrijven maar net iets meer dan 2 jaar actief geweest.
Schaalverkleining bij thuiszorg en kinderopvang
Sinds 2010 zijn er veel kleinere bedrijven in de thuiszorg en kinderopvang bijgekomen. In de kinderopvang is er sprake van een daling van het aantal bedrijven met meer dan 50 werkzame personen. Door versoberde kinderopvangsubsidieregelingen is er – vooral sinds 2011 – een dalende vraag naar kinderopvang. Bij thuiszorg is het aantal bedrijven met meer dan 250 werkzame personen afgenomen en het aantal bedrijven met één werkzaam persoon is meer dan verdubbeld.