De onderzoekers maken gebruik van een dataset waarin individuele ondernemers mét personeel in de EU-15 landen gevolgd worden over de tijd. Van deze ondernemers is bekend of ze hun bedrijf in eerste instantie alleen zijn begonnen en pas later personeel in dienst namen, of dat ze meteen bij het oprichten van het bedrijf al personeel in dienst namen. Uit de empirische analyses blijkt dat de eerste groep ondernemers hogere inkomsten en overlevingskansen heeft dan de tweede groep.

Klein beginnen geeft minder risico en meer flexibiliteit

Doordat technologische ontwikkelingen elkaar steeds sneller opvolgen, is het tegenwoordig veel moeilijker dan vroeger om op voorhand te voorspellen of een nieuw product of dienst zal aanslaan bij consumenten of investeerders. Door klein te beginnen kan de ondernemer eerst een tijdje aanzien of er voldoende marktvraag is voor het nieuwe product, alvorens zwaarder in het bedrijf te investeren. Op deze manier beperkt de ondernemer het risico. Ook is de ondernemer die klein begint flexibeler om op basis van feedback uit de markt het business idee tussentijds aan te passen.

Positieve invloed van ondernemerschapervaring op prestaties

Het onderzoek laat ook zien dat eerdere ondernemerschapervaring (opgedaan in andere bedrijven) positief bijdraagt aan de prestaties van ondernemers met personeel in dienst. Het gaat hierbij vooral om werkgeverservaring (en in mindere mate om ervaring als zzp’er). Overigens heeft het onderzoek alleen betrekking op ondernemers die vroeger of later personeel aannemen. Zzp’ers die alleen een inkomen voor zichzelf verdienen vallen buiten het onderzoek. De analyses wijzen uit dat het belang van klein beginnen sterker is voor de dienstensectoren dan voor de industriële sectoren, waarschijnlijk doordat schaalvoordelen minder belangrijk zijn in de dienstensectoren en mogelijk ook doordat de concurrentie groter is in deze sectoren.