In 2013 heeft de rechter 9,9 duizend particulieren en 2,5 duizend zelfstandig ondernemers toegelaten tot het wettelijke schuldsaneringstraject. Eind 2013 zaten meer dan 40 duizend personen in de wettelijke schuldsanering, dat is 31 procent meer dan eind 2010. Inkomensdaling is de belangrijkste oorzaak om terecht te komen in de schuldsanering.
Daling voor tweede jaar op rij
Het aantal toelatingen tot de wettelijke schuldsanering is, ondanks de huidige economische conjunctuur, voor het tweede jaar op rij gedaald. In 2012 daalde het aantal schuldsaneringen met bijna 7 procent ten opzichte van het jaar ervoor. Dit komt omdat naast economische factoren ook veranderingen in regelgeving invloed hebben op het aantal schuldsaneringen.
Vanaf 2012 moeten personen eerst een schuldhulpverleningstraject bij de gemeenten doorlopen, het zogenaamde minnelijk traject, voordat ze eventueel worden toegelaten tot de wettelijke schuldsanering. De gemeenten bepalen in dit proces de toelatingseisen, die in het algemeen de afgelopen jaren strenger zijn geworden. Dit heeft een remmende werking op de doorstroom naar het wettelijke traject. Daarnaast bestaan er meer alternatieven zoals het beschermingsbewind. Hierbij worden mensen met problematische schulden eerder onder verscherpt toezicht geplaatst. Omdat in dit traject geen schuldregeling plaatsvindt, is opname in het wettelijk traject feitelijk niet mogelijk.
Drie kwart na ruim 3 jaar schuldenvrij
In 2013 zijn 10,9 duizend schuldsaneringstrajecten beëindigd. Hiervan eindigde 75 procent met een zogenaamde schone lei: de rechter scheldt de schuldenaar het resterende deel van zijn schulden kwijt. Een klein deel eindigt na het bereiken van een akkoord met de schuldeisers of door een faillissement. In bijna 20 procent van de gevallen is de schuldsanering mislukt of beëindigd door andere redenen, zoals het krijgen van een erfenis.
Bron: CBS